Afbeelding

Paarden zadelmak maken: Het getraumatiseerde paard

Training Jong paard starten Opvallend

Hoe leuk grondwerk en andere vormen van samenwerken met je paard ook zijn, de meeste paardenmensen willen op enig moment hun viervoeter ook kunnen berijden. Paarden zadelmak maken is een boeiend en leuk proces, zolang je begint met het leggen van een goede basis. Maar hoe doe je dat? 

In deze serie artikelen beschrijven we het inrijden van drie soorten paarden: volledig groen, ooit half ingereden en het paard dat tijdens dit proces getraumatiseerd is geraakt. 

Wat is een trauma?

Voordat we ingaan op het proces van inrijden van een getraumatiseerd paard, is het goed om vast te stellen waar we het over hebben. Wat is een trauma eigenlijk? Een trauma ontstaat wanneer we één of meerdere schokkende gebeurtenissen meemaken of ons in een situatie bevinden waarbij we voor ons leven moeten vrezen. 

Kun je de voorgevallen gebeurtenis(sen) niet goed verwerken, blijf je steken in gevoelens van angst, woede of eenzaamheid, dan is er sprake van trauma. Belangrijk om hierbij te beseffen: iets wat voor jou de normaalste zaak van de wereld is, kan voor iemand anders – in dit geval een paard – heel bedreigend zijn.

Stel je voor dat een jong paard van het ene op het andere moment uit de wei wordt geplukt, er van alles van hem wordt verwacht en gevraagd, terwijl hij geen idee heeft wat hem overkomt en waarom. Een paard heeft als vluchtdier niet veel meer nodig om een trauma op te lopen.


Hoe herken je een getraumatiseerd paard?

Een extreem explosief paard is een goed voorbeeld van een paard met een mogelijk trauma. Maar ook een afgesloten paard waarbij je op basis van origine of karakter juist een extrovert dier zou verwachten kan in deze groep vallen. Viervoeters die bij het minste of geringste vluchten, vechten of bevriezen. Paarden met stresssignalen zoals stalgebreken, verhoogde ademhaling, snel zweten, grote ogen en/of vluchtig orenspel. 

Het kunnen allemaal tekenen zijn van opgelopen trauma en ervoor zorgen dat je het contact met het dier verliest of helemaal niet kunt leggen. Hetzelfde geldt voor paarden die je de indruk geven dat ze niet willen werken of die geen idee hebben hoe ze moeten reageren op iets dat je van ze vraagt; met paniek of volledige stagnatie als gevolg. 

Duchessa

Het trauma van Duchessa, de merrie die we in dit artikel als voorbeeld nemen, komt tot uiting in extreem explosief gedrag. Veel te heftige reacties op hele normale vragen of bij veranderingen in de omgeving. Fysiek houdt ze veel spanning vast, wat resulteert in blokkades in haar lijf en gedrag, maar ook in interne stress waardoor haar verteringsstelsel regelmatig van slag is. 

Het is moeilijk om dit dier op gewicht te houden en ze heeft regelmatig fysieke klachten die voortkomen uit een verzwakt immuunsysteem. Denk aan worminfecties, luizen, dunne mest, grieperig/koortsachtig, symptomen van koliek, allerlei ontstekingen en hoesten. Het is een mooi voorbeeld van een paard waarbij het opgelopen trauma zich vertaalt in op het eerste gezicht onverklaarbare lichamelijke ongemakken.


Karaktergroep ‘kind’

Volgens de paardentypen van Hempfling heeft Duchessa veel kenmerken van de karaktergroep ‘Kind’, wat staat voor speels, enigszins ongeconcentreerd en kinderlijk. Dit type paard heeft bij het opgroeien begeleiding nodig van oudere en wijzere paarden in de kudde, maar ze is als jong paard opgegroeid in de opfok met een grote groep jonge paarden. 

Door het ontbreken van de juiste begeleiding is ze nooit echt ‘volwassen’ geworden en heeft ze niet meegekregen wat normale grenzen zijn waarbinnen je je als goed functionerend kuddelid behoort te bewegen. Dit zie je terug in de samenwerking tussen paard en mens, waarbij Duchessa onbewust en met grote regelmaat volledig over de grenzen van de normale omgangsvormen heengaat. 

Blinde paniek

Na de opfok is Duchessa gestart onder het zadel. Dit is niet goed verlopen en  ze is daarna verkocht onder het mom van een ‘groen, onbeleerd paard’. Op het moment dat de huidige eigenaresse met haar aan de slag gaat, komt ze er snel achter dat haar paard al veel dingen kent. Maar op het moment dat ze wat meer of andere dingen dan het bekende vraagt, schiet de merrie vrij snel in paniek. 

Met haar kindkarakter is Duchessa van origine open in contact, nieuwsgierig naar de wereld en een beetje naïef. Ze heeft moeite met het doorzien van oorzaak en gevolg en leert door zich drie keer aan dezelfde steen te stoten. Eenmaal flink beschadigd, wordt ze wantrouwend en raakt ze uit contact. Het explosieve gedrag van deze warmbloedmerrie slaat snel om in blinde paniek, met extreme en gevaarlijke situaties als gevolg. 

De eigenaresse komt hierdoor niet verder met haar dan het stadium van grondwerk. Het vertrouwen van dit paard is bij de eerste keer inrijden zo geschaad, dat de eigenaresse de stap naar het opnieuw inrijden niet zelf wil maken en daar graag hulp bij heeft van iemand met meer ervaring. 


Veelzijdige benadering

Van alle drie de varianten in te rijden paarden, vraagt het getraumatiseerde paard de meest veelzijdige benadering. Het ene getraumatiseerde paard is het andere niet. Elk dier heeft een eigen karakter dat bepaalt hoe het omgaat met dingen die hem overkomen. En de gebeurtenissen zelf zijn misschien wel met elkaar te vergelijken, maar toch altijd net weer even anders. 

De stappen die je doorloopt van kennismaking tot aan het echte inrijden, verschillen daarmee ook van paard tot paard. Wel kun je stellen dat je bij de meeste dieren relatief veel tijd vrijmaakt om elkaar goed te leren kennen. Bij getraumatiseerde paarden heb je gewoon langer nodig om te achterhalen welk gedrag authentiek of aangeleerd is en welke (re)acties je direct kunt relateren aan het opgelopen trauma. 

Puzzelen

Een (geestelijk) geblesseerd paard laat niet snel het achterste van zijn tong zien. Voordat je uitkomt op een authentieke laag, ben je dus al even bezig. Vertrouwen opbouwen van getraumatiseerde paarden vraagt, naast tijd en geduld, het vermogen om te puzzelen. Waarbij je op elk moment moet bepalen welke activiteit of optie je de gewenste stap verder brengt. 

Sommige paarden hebben genoeg aan begrip en aanwezigheid van de mens. Andere hebben begrenzing nodig om überhaupt uit de overleefstand te komen en weer te gaan nadenken, verwerken en leren. Weer andere moeten overal stapje voor stapje opnieuw aan wennen en alle leerprocessen opnieuw doorlopen. 

Wanneer confronteren?

Bij bepaalde paarden bewaar je de grootste trauma’s en triggers tot het laatst. Op die manier kun je met eenvoudigere uitdagingen voldoende vertrouwen opbouwen waar je bij de echt lastige problemen op kunt terugvallen. Maar soms is een directe confrontatie met het trauma juist nodig, omdat dat de enige manier is om deze te kunnen verwerken. 

Het ene paard zal eerst bitloos moeten ontdekken dat een ruiterhand ook gevend, ondersteunend en begeleidend kan zijn om vervolgens weer vertrouwen op te kunnen bouwen in het rijden met bit. Het andere paard verwerkt een opgelopen trauma beter wanneer je direct weer gebruik maakt van het bit omdat het dier bitloos contact zó anders ervaart, dat het geen link legt met rijden met bit en het dier het opgelopen trauma dus ook niet kan verwerken. 

Drie gulden regels

Voor dit specifieke paard is een goede begeleiding van het leerproces cruciaal. Omdat Duchessa oorzaak en gevolg niet goed kan doorzien, moet je haar bijna letterlijk bij de hand nemen. Alles (en dan bedoelen we ook echt álles) moet in begrijpelijke taal worden uitgelegd, in voor dit paard goed afgewogen hoeveelheden en in exact de juiste volgorde. 

Doordat de merrie weet dat alles wat haar wordt gevraagd aan deze drie gulden regels voldoet (heldere communicatie, niet te veel en niet te weinig, in de juiste volgorde), bouwt ze genoeg vertrouwen op om niet telkens door te schieten naar paniek. 

Begrenzing

In het geval van Duchessa zorgt begrenzing op het extreemste gedrag ervoor dat ze niet in de overleefstand blijft hangen. Een paard in overleefstand kan niet leren en komt dus nooit verder met zichzelf of een specifieke situatie. Op de momenten dat de merrie door de begrenzing terug bij haar positieven komt, is er vooral heel veel begrip, aanwezigheid en helderheid nodig. 

Hierdoor voelt het paard zich gezien, begrepen en begeleid, begint ze zich veilig te voelen en kan ze gaan nadenken, verwerken en leren. Is er eenmaal sprake van rust en vertrouwen, dan komen authentieke trekken zoals nieuwsgierigheid, openheid in contact en haar naïeve kant weer naar voren. Kwaliteiten die we in de training goed tot hun recht laten komen. 

Neem haar natuurlijke nieuwsgierigheid waarmee we haar regelmatig ‘per ongeluk’ dingen laten ontdekken. De beloning die ze hiervoor ontvangt geeft haar vertrouwen in zichzelf en in de samenwerking met de mens. 


Volledig herstel

Gaandeweg de training ontstaat er meestal vanzelf een confrontatie met aanwezige traumalagen. Voor Duchessa is het zadel het grootste trauma-element. Omdat zij inmiddels open in contact is met de mens en voldoende vertrouwen heeft in de samenwerking, zorgt het opnieuw doorleven van haar trauma ervoor dat zij volledig kan herstellen van de eerdere slechte ervaring en in volledig vertrouwen kan rijden en werken met mensen.

Vertrouwen in jezelf

Algemene aandachtspunten voor het werken met getraumatiseerde paarden zijn eigenlijk niet te geven omdat de paarden en hun trajecten zo verschillend zijn. Wel ben je, net als voor het groene en het half ingereden paard, verantwoordelijk voor een stuk raad en daad in normale én in moeilijke situaties. Die moeilijke situaties zul je bij een getraumatiseerd paard vaker tegenkomen dan bij de andere twee. 

Vertrouwen in jezelf als mens is waarschijnlijk het allerbelangrijkste element. Vertrouwen in je eigen handelen, kennis, ervaring en het vermogen tot onderzoeken, proberen, ontdekken en doorzetten zijn minimale vereisten om een getraumatiseerd paard weer op de rit te krijgen. 

Begrip

Elk getraumatiseerd paard mag dan iets anders nodig hebben, maar begrip voor getoond gedrag is in alle gevallen belangrijk. Begrip hebben voor gedrag betekent zeker níet dat het paard overal mee wegkomt. Behoud van begrip voor de ander zorgt ervoor dat je met elkaar in contact blijft. Op basis van dit contact kun je heel goed grenzen aangeven, het paard laten weten dat bepaald gedrag niet wordt geaccepteerd en laten zien hoe je wél met elkaar samenwerkt. 

Voor Duchessa waren aanwezigheid, begrip kunnen tonen, rotsvast zelfvertrouwen en vertrouwen in het paard de belangrijke ingrediënten voor het traumaherstel. Haar eigenaresse moest genoeg innerlijke kracht bezitten om niet terug te deinzen voor extreem gedrag, maar dit juist begrenzen. Zonder haar kracht te misbruiken voor dominantie of een ‘quick fix’.

Over Revalidatie Stal De Kuper

Revalidatie Stal De Kuper krijgt regelmatig de vraag om mensen te helpen bij het inrijden van hun paard. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat de ruiter en/of eigenaar van het dier bij het proces betrokken wordt, zodat er vanaf dag één wordt gewerkt aan wederzijds vertrouwen. Inrijden van paarden gebeurt bij Revalidatie Stal De Kuper altijd vanuit rust, vertrouwen en balans om vroegtijdige blessures, verzet of gevaarlijk gedrag te voorkomen.

Tekst: Aranka Aarsman | Foto’s: Quislaine van den Berg

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding